- Snelle meting binnen 10 seconden
- Accurate temperatuurmeting
- Duidelijk afleesbaar en groot display
- Flexibele tip
Een ding dat in geen enkel (dieren)huishouden mag ontbreken is een degelijke, betrouwbare en makkelijke koortsthermometer. Dat is BC-19GS thermometer van Alecto. Met grote duidelijke LCD-cijfers die gemakkelijk af te lezen zijn. En door de responstijd van 10 seconden weet je binnen korte tijd de temperatuur en dus of er sprake is van verhoging of koorts. Indien nodig kunnen de afzonderlijk verkrijgbare thermometer hoesjes worden gebruikt bij de metingen.
Honden en katten zijn warmbloedige dieren. De temperatuur van het dier heeft een stabiele waarde. Op deze manier presteert het lichaam optimaal.
De normale lichaamstemperatuur van de hond en kat is iets hoger dan bij de mens:
Jonge honden hebben vaak een iets hogere lichaamstemperatuur van 38.5°C tot 39.5°C. Maar ook door stress en inspanning kan de lichaamstemperatuur snel 0,5 tot 1,0 graad stijgen.
Doordat een bezoek aan de dierenarts voor uw hond of kat vaak gepaard gaat met een zekere stress kan de temperatuur van uw hond of kat hoger zijn dan thuis. Het is daarom raadzaam om de lichaamstemperatuur van uw hond of kat gedurende enkele dagen twee maal per dag onder ontspannen en normale omstandigheden thuis op te meten. Zodat u bij een bezoek aan de dierenarts, kan aan geven wat de normale lichaamstemperatuur van uw hond of kat is.
Bij zowel een te hoge als te lage lichaamstemperatuur bij uw hond of kat is het verstandig om contact op te nemen met uw dierenarts.
Als uw hond of kat zich normaal gedraagt, maar een iets lagere lichaamstemperatuur heeft dan normaal (zoals hier boven staat aangegeven), dan hoeft u niets te doen.
Maar maakt uw hond of kat wel een zieke indruk en heeft hij een lichaamstemperatuur lager dan 37,5 °C, is dat een absolute reden om meteen contact op te nemen met uw dierenarts.
Als de temperatuur van uw hond of kat te hoog wordt (> 40 °C) , kunnen organen als het hart, de lever en de nieren beschadigd raken. Vergelijk het met het koken van een ei: het eiwit verandert als de temperatuur te hoog wordt. U dient uw huisdier meteen te koelen en met spoed contact op te nemen met uw dierenarts. Katten stoppen al snel met eten en drinken bij een temperatuur hoger dan 39.5°C.
Pup: Pasgeboren puppy’s zijn niet instaat hun eigen lichaamstemperatuur te reguleren en hebben de warmte van de teef en nestgenoten nodig om op een stabiele lichaamstemperatuur te blijven. De normale lichaamstemperatuur van pasgeboren puppy’s ligt tussen 35,5°C en 36°C.
Tijdens de tweede en derde week zal de lichaamstemperatuur van de puppy’s geleidelijk oplopen tot een lichaamstemperatuur tussen de 36,5°C en 37,5°C graden. In de vierde week hebben de puppy’s een normale lichaamstemperatuur van 37,8°C tot 39°C.
Heeft uw pup een lichaamstemperatuur onder de 35°C graden dan mag u nooit melk geven. U mag wel ten allertijden Rehydration Elektrolytenmix aan uw pup geven.
Heeft uw pup of kitten een ondertemperatuur zorgen er dan eerst voor dat u de lichaamstemperatuur van uw pup of kitten geleidelijk, gedurende enkele uren, weer om hoog krijgt. Dit kunt u doen met behulp van infrarood/keramische warmte lamp, kruik of zelfs doormiddel van uw eigenlichaamswarmte door uw pup of kitten tegen uw blote lichaam, onder uw shirt, aan te houden. Heeft de lichaamstemperatuur van uw pup of kitten zich weer genormaliseerd naar de normale lichaamstemperatuur voor zijn leeftijd, dan kunt u uw pup of kitten geleidelijk aan weer hele kleine beetjes melk geven.
Kitten: Ook pasgeboren kittens zijn niet instaat hun eigen lichaamstemperatuur te reguleren en hebben de warmte van de poes en nestgenoten nodig om op een stabiele lichaamstemperatuur te blijven. De normale lichaamstemperatuur van pasgeboren kitten ligt rond de 36,5°C. Heeft uw kitten in de eerste week een lichaamstemperatuur
Tijdens de tweede en derde week zal de lichaamstemperatuur van de kittens geleidelijk oplopen tot een lichaamstemperatuur van tussen de 36,5°C tot 38°C graden. In de vierde week een lichaamstemperatuur van 38°C graden. En in de vijfde en zesde week 38,5°C à 39,3°C graden.
Een kitten dat een te lage lichaamstemperatuur ofwel een ondertemperatuur heeft mag nooit gevoed worden! Maar wanneer weet u nou dat uw kitten een te lage lichaamstemperatuur heeft. Kijk naar hoeveel weken uw kitten is en welke lichaamstemperatuur uw kitten behoort te hebben in die week. Is uw kitten jonger dan 4 weken, trek hier dan een 0,5 graad vanaf en is uw kitten tussen de 4 en 6 weken 1 graad. Zo weet u dat uw kitten een ondertemperatuur heeft en dus niet gevoed mag worden.
Leeftijd: | lichaamstemperatuur | ondertemperatuur | pas voeden op: |
---|---|---|---|
Week 1: | 36,5 °C | < 36 °C | > 36,5 °C à 37 °C |
Week 2 en 3: | 36,5 °C tot 38 °C | < 36 °C | > 36,5 °C à 37 °C |
Week 4: | 38 °C | < 37 °C | > 37,5 °C |
Week 5 en 6: | 38,5 °C à 39,3 °C | < 37,5 °C | > 37,5 °C |
Het is wel aan te raden om als een kitten een ondertemperatuur heeft iedere 1 à 2 uur Rehydration Elektrolytenmix te geven.
Hond: De lichaamstemperatuur van uw hond meet u rectaal met een gewone digitale (humane) thermometer. U houd de staart van uw hond vlak boven de staartwortel vast, om voorzichtig met een draaiende schuif beweging de thermometer ca 2cm in de anus in te brengen. Het is wel aan te raden om voor het inbrengen van de thermometer wat glijmiddel of vaseline op de tip van de thermometer te doen.
Katten: Ook de lichaamstemperatuur van uw kat meet u rectaal met een gewone digitale (humane) thermometer. Om de lichaamstemperatuur van uw kat op te meten kan het het prettig zijn als iemand uw kat even voor u vast houd. Laat vervolgens uw kat rechtop staan of leg ze op haar zij. Til de staart van uw kat, om voorzichtig met een draaiende schuif beweging de thermometer ca 2cm in de anus in te brengen.
Bij veel katten is het in eerste instantie niet mogelijk om de thermometer dieper dan 1cm in te brengen. Dat komt omdat de kat de darmspieren bij het inbrengen van de thermometer aanspant. Het doordrukken van de thermometer wordt als zeer pijnlijk ervaren. Tip: Wacht een minuutje en breng dan de thermometer voorzichtig draaiend dieper naar binnen.
Gebruik geen oorthermometer en meet de temperatuur niet in de oksel of in de mond. Deze waarden zijn onbetrouwbaar!
Dat de afgelezen temperatuur exact klopt daar mag je bij deze thermometer uiteraard op vertrouwen. Onze technici hebben de BC-19GS aan uitgebreide tests onderworpen. De temperatuur die je afleest heeft nooit een grotere afwijking dan 0,1 graad Celsius.
De thermometer is voorzien van een koorstalarm. Deze functie vertelt je door middel van een afwijkend signaal dat de temperatuur hoger dan 37,8 graad is. Ook handig: de thermometer onthoudt de laatste temperatuur in zijn geheugen. Dat is fijn op het moment dat u het koortsverloop in de gaten wilt houden. De thermometer schakelt zich na gebruik vanzelf uit. Zo spaart u de batterij.
De kleur van de thermometer kan variëren